In de (collectieve) arbeidsovereenkomst kan een regeling worden opgenomen voor het opnemen van vakantiedagen die afwijkt van hetgeen wettelijk geregeld is. Afhankelijk van de omvang van de werkgever, het soort activiteiten, de functie e.d. kan een werkgever er verstandig aan doen om een eigen regeling op te nemen voor het opnemen van vakantiedagen.
De wettelijke regeling kent als hoofdregel dat de werkgever binnen 2 weken na een schriftelijk verzoek van een werknemer om in een bepaalde periode of om op een bepaalde dag vakantie op te nemen, daar schriftelijk wegens gewichtige redenen bezwaar tegen kan maken. Reageert de werkgever niet, dan is de vakantie overeenkomstig de wensen van de werknemer vastgesteld. (Art. 7:638 lid 2 BW)
Is een vakantie eenmaal vastgesteld, dan kan de werkgever de vakantie na overleg met de werknemer de vakantie alleen wijzigingen indien er gewichtige redenen daarvoor ontstaan na de vaststelling van de vakantie (zoals plotselinge drukte in het bedrijf of ziekte van een collega). Bovendien zal de werkgever dan de schade van de werknemer moeten vergoeden (bijvoorbeeld annuleringskosten).
Vanuit werkgeversperspectief is de wettelijke regeling niet altijd even handig. Sommige werknemers vragen bij wijze van spreken in januari al vakantie aan voor een heel jaar, terwijl de collega’s dat niet doen. Sommige werknemers willen vakantie altijd in de meest gunstige periode, terwijl een collega ook wel eens in die periode weg wil. In verband hiermee kan het handig zijn een van de wet afwijkende regeling te hebben, waarbij art. 7:638 lid 2 BW geheel buiten werking wordt gesteld en opgenomen wordt dat de werkgever vakantie vaststelt en dat dat gebeurt voor wat traditionele vakantieperiodes betreft (zomer, kerst) nadat iedereen in de gelegenheid is gesteld zijn voorkeuren op te geven. Op deze manier heeft elke werknemer een eerlijke kans en creëer je als werkgever tijdig duidelijkheid over de bezetting in vakantieperiodes.
Overigens: (betaalde) vakantiedagen worden gaandeweg het dienstverband opgebouwd. De werknemer heeft geen recht meer op te nemen dan is opgebouwd. Hierbij dient opgemerkt te worden dat er wel recht kan bestaan op onbetaald verlof. Bij einde dienstverband dienen niet genoten vakantiedagen te worden uitbetaald; de werkgever moet ook een opgave verstrekken waaruit blijkt hoeveel dagen/uren uitbetaald zijn. Ten opzichte van de nieuwe werkgever heeft de werknemer recht op onbetaald verlof over de door de vorige werkgever uitbetaalde vakantiedagen.
Voor meer informatie:
Westpoint advocaten | mediators
Mr M.P. Poelman
Specialist arbeidsrecht
poelman@westpointadvocaten.nl