menu
Search

Gedreven MKB advocaten

 

Nieuwsarchief

Over de Statutair directeur, de bestuurder en ‘Directeurtje’

Iedereen kent de term directeur. De functie Chief Executive Officer (CEO) is ook erg bekend.  De term bestuurder komt eveneens veel voor. En in een zeker televisieprogramma is het woord ‘directeurtje’ vaak gevallen. Er zijn behoorlijk wat termen om de directeur ter sprake te brengen. Die termen worden ook vaak door elkaar gebruikt.

Als we het juridisch gaan bekijken, zijn er eigenlijk maar twee hoedanigheden van belang. De eerste is de hoedanigheid van de statutair directeur. De tweede is die van degene die dat niet is, bijvoorbeeld de titulair directeur.

De titulair directeur is in feite een gewone werknemer die soms net iets meer bevoegdheden heeft. Misschien gedraagt de titulair directeur zich wel als een directeur, maar volgens de wet is hij dat niet. De statutair directeur is dat wel. De statutair directeur heeft een vennootschapsrechtelijke relatie met de vennootschap. Sommige arbeidsrechtelijke regels kunnen ook van toepassing zijn. De statutair directeur heeft vele bevoegdheden. Die zijn vastgelegd in de wet en de statuten. Zo mag de statutair directeur de vennootschap vertegenwoordigen. Hij heeft veel te zeggen.

Hoe word je statutair directeur van een besloten vennootschap?

De statutair directeur kan als zodanig worden benoemd in de akte van oprichting van de vennootschap. Bij de notaris, zeg maar. Het wordt dan in de notariële akte genoteerd. In een vergadering van aandeelhouders kan dit later worden gewijzigd, zonder tussenkomst van de notaris. In zo’n vergadering kan zowel het ontslag van een directeur, als de benoeming van een (opvolgend) directeur aan de orde komen. Zowel bij ontslag als bij benoeming gaat het om een besluit van de aandeelhouders. Dat besluit kan dan worden vastgelegd in de notulen van die vergadering. Het uitgangspunt is dat de besluitvorming van de aandeelhouders in de vergadering bepalend is. Er kunnen meerdere directeuren tegelijk zijn.

Zodra er een directeur is benoemd, kan dat verwerkt worden in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel. Dat is duidelijk voor iedereen. Het voorkomt verwarring als de buitenwereld kan zien wie er directeur is.

Die inschrijving is daarom verhelderend. Toch kan iemand in een vergadering tot directeur benoemd zijn, zonder inschrijving daarna. Is iemand dan toch directeur? Het antwoord is ja, want er ligt een besluit. De inschrijving zelf is geen voorwaarde om directeur te zijn. Omgekeerd kan iemand als directeur ingeschreven zijn, zonder dat er sprake is van een benoemingsbesluit. Wat dan? In dat geval is er geen sprake van een statutair directeur, want er is geen besluit. Het uitgangspunt blijft dus dat de besluitvorming van de aandeelhouders in een vergadering bepalend is.

Natuurlijk is het niet handig als de inschrijving in het Handelsregister niet overeenkomt met de realiteit. Dat kan allerlei onhandige gevolgen hebben. De voorbeelden zijn talrijk. Elke directeur of aandeelhouder zou de spelregels daarom goed moeten kennen en toepassen.

De statutair directeur kan trouwens op zijn beurt ook weer een vennootschap zijn. Met uiteindelijk een natuurlijke persoon aan het hoofd. De titulair directeur is altijd een natuurlijke persoon, dus nooit een rechtspersoon. De titulair directeur is uitsluitend werknemer. Alle regels die voor een werknemer gelden, zijn van toepassing. De aanwezigheid van een titulair directeur kan naar buiten toe een goede uitstraling hebben of soms commercieel interessant zijn. Juridisch maakt dat geen verschil.

Dat betekent ook dat de titulair directeur die gepromoveerd wordt tot statutair directeur in feite een verzwaring van zijn functie tegemoet gaat. Die verzwaring bestaat uit toegenomen verantwoordelijkheid, ook ten aanzien van de jaarrekening. De aanstaande statutaire verplichtingen leiden vaak tot een hogere beloning van de statutair directeur. Dat is ook niet gek bij een promotie. In een dergelijk geval doet de werknemer die statutair directeur wordt, er verstandig aan om goede voorwaarden te bedingen bij zijn nieuwe functie. Dat kan vastgelegd worden in een managementovereenkomst. Of door bij de benoeming al goede voorwaarden af te spreken, die gelden bij een eventueel ontslag.

De positie van de statutair directeur is niet altijd eenvoudig. De term ‘directeurtje’ kunnen we daarom beter vergeten.

Roger Baltes, advocaat