Sinds de invoering van de Wet werk en zekerheid (WWZ) per 1 juli 2015 heeft een werknemer die door zijn werkgever ontslagen wordt (meestal) recht op een ontslagvergoeding (de transitievergoeding). Dat geldt ook voor de werknemer die na 2 jaar ziekte ontslagen wordt. Onder het oude recht was vaste rechtspraak dat een werknemer in beginsel geen recht had op een ontslagvergoeding na 2 jaar ziekte (bijzondere omstandigheden daargelaten).
Onder het oude recht kwam het vaak voor dat een werkgever de arbeidsovereenkomst niet beëindigde na 2 jaar ziekte. Na 2 jaar ziekte hoeft geen loon meer te worden doorbetaald (ongeacht de vraag of de arbeidsovereenkomst beëindigd is) en de werknemer heeft geen verplichting meer tot re-integratie. Men liet het dienstverband “slapend” voortbestaan.
Het slapend laten voortbestaan van een dienstverband in die situatie nam onder de WWZ sterk toe. Werkgevers konden de redelijkheid ervan niet inzien om ook nog eens een ontslagvergoeding te betalen nadat al 2 jaar loon was doorbetaald en kosten van re-integratie gemaakt waren.
Diverse werknemers hebben hun geluk beproefd bij de rechter; maar de rechter nam doorgaans geen verplichting aan voor een werkgever om een werknemer te ontslaan om aldus de werknemer recht te geven op de transitievergoeding.
Politiek Den Haag vond dit een onbevredigende situatie en nam in 2018 een wet aan (Wet compensatie transitievergoeding) op grond waarvan een werkgever de transitievergoeding die hij betaald had bij een ontslag na 2 jaar ziekte vergoed kreeg van het UWV.
Vervolgens heeft een werknemer opnieuw zijn geluk bij de rechter beproefd, dit keer met succes. De hoge raad heeft bepaald in november 2019 dat een goed werkgever in beginsel behoort in te gaan op een voorstel van een werknemer om een arbeidsovereenkomst te beëindigen na 2 jaar ziekte met betaling van de transitievergoeding. De hoge raad baseerde zijn oordeel op het feit dat de werkgever die transitievergoeding gecompenseerd kreeg.
Met dat arrest van de hoge raad waren nog niet alle vragen beantwoord, met name niet de vraag of het vorenstaande ook van toepassing is op werknemers die al voor invoering van de WWZ 2 jaar ziek waren en van wie de arbeidsovereenkomst nog niet geëindigd was. Volgens het recht in die tijd hadden zij geen aanspraak op een vergoeding (en de transitievergoeding bestond nog niet). De Wet compensatie transitievergoeding gaf daarover geen duidelijkheid.
In november 2022 heeft de hoge raad ook hierover duidelijkheid gegeven. Mede aan de hand van de bedoelingen van de werkgever heeft de hoge raad uitgelegd: de wetgever wilde met de wet compensatie transitievergoeding bevorderen dat slapende dienstverbanden beëindigd werden. Hierbij past het die compensatie ook te geven indien nu een dienstverband beëindigd wordt wegens ziekte en dat dienstverband al voor invoering van de WWZ slapend was.
Mr Marc P. Poelman
Voor de nadere info: poelman@westpointadvocaten.nl.