De WWZ bepaalt welke route gevolgd moet worden om een arbeidsovereenkomst eenzijdig te beëindigen. Indien het gaat om een disfunctionerende werknemer, dan is de kantonrechter bevoegd.
Onlangs is bij het kantongerecht te Rotterdam onderzoek gedaan naar het aantal afwijzingen van ontbindingsverzoeken van werkgevers; dat verschilt enorm per ontbindingsgrond. Gebleken is dat 84% (!) van de ontbindingsverzoeken gebaseerd op disfunctioneren afgewezen werd. De bestaande indruk wordt hiermee bevestigd dat disfunctioneren de moeilijkste ontslaggrond is geworden.
De praktijk onder het oude recht was dat een kantonrechter, ook al was hij niet overtuigd van het disfunctioneren, toch tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst over ging op grond van de eigen constatering ter zitting dat er geen vertrouwensbasis meer was om de arbeidsovereenkomst voort te zetten. Die praktijk is sinds 1 juli vorig jaar definitief verleden tijd.
Het ontbreken van een goed dossier leidde in het verleden tot een hogere ontslagvergoeding. Nu leidt dat tot voortzetting van het dienstverband. De noodzaak van dossiervorming en professionele ondersteuning voor de werkgever in verbetertrajecten kan niet genoeg benadrukt worden.
Voor meer informatie:
Gerritse Poelman advocaten
mr M.P. Poelman, specialist arbeidsrecht
poelman@westpointadvocaten.nl