Aangezien het meestal de veertigers zijn die gaan scheiden (mensen zijn gemiddeld 14 jaar getrouwd geweest als de scheiding wordt aangevraagd), is het vaak zo dat mensen in scheiding minderjarige kinderen hebben. In zo’n geval hebben ouders het gezamenlijke gezag en daarmee de verantwoordelijkheid om in het kader van hun scheiding afspraken te maken over de contact- en zorgregeling voor hun kinderen. Deze afspraken worden vastgelegd in een ouderschapsplan.
Een van de belangrijkste onderwerpen van zo’n ouderschapsplan is de zorgregeling. Waar gaan de kinderen wonen en wie van de ouders neemt de zorg voor de kinderen voor zijn/haar rekening? Ieder de helft of de ene ouder toch iets meer dan de ander? Het komt steeds vaker voor dat ouders de zorg over hun kinderen 50/50 willen verdelen na de scheiding. Zo’n regeling wordt een co-ouderschapsregeling genoemd. Overigens wil dat niet per se zeggen dat de kinderen dan de ene week bij de ene ouder verblijven en de andere week bij de andere ouder. Wel verblijven de kinderen dan (ongeveer) de helft van de tijd bij ieder van de ouders.
Er is geen “standaard” regeling. In de wet staat niets over de invulling van het contact van ouders met hun kinderen na scheiding. Het is dus niet zo dat co-ouderschap de norm is. Een weekend per 14 dagen is dat evenmin. Wettelijk gezien ligt alleen vast dat een kind recht heeft op een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door de ouders. Dat laatste wil overigens niet zeggen dat je als ouder per definitie aanspraak kunt maken op een 50/50 verdeling, maar alleen dat je als ouders in beginsel gelijke rechten hebt. Het gaat er vooral om dat beide ouders de ouderlijke verantwoordelijkheden op gelijk niveau dragen, met respect voor elkaars rol in het leven van het kind. Ouders dienen elkaar een volwaardige rol in het leven van het kind te gunnen en het kind en elkaar daarin te ondersteunen.
Hoewel een co-ouderschapsregeling na scheiding steeds vaker voorkomt, is zo’n regeling niet altijd wenselijk of haalbaar. Of een co-ouderschap in het belang is van de kinderen, hangt af van diverse factoren. Vereist is in ieder geval dat de ouders na scheiding niet al te ver uit elkaar wonen en natuurlijk is het ook de bedoeling dat ouders nog behoorlijk met elkaar kunnen communiceren. Dat neemt niet weg dat er geen echte “vereisten” zijn waaraan voldaan moet zijn om een co-ouderschap af te kunnen spreken. Dat komt doordat deze regeling geen wettelijke grondslag heeft, maar simpelweg in de praktijk is ontstaan, omdat er tegenwoordig veel minder vaak sprake is van een ouder die werkt en een ouder die voor de kinderen zorgt. Hoewel het nog steeds zo is dat moeders over het algemeen vaker parttime werken, is het een gegeven dat vaders zowel tijdens het huwelijk als daarna een veel actievere rol spelen dan vroeger. En zo hoort het!
Voor meer informatie: mr A.M.C.J. Dekkers-de Jong
dekkers@westpointadvocaten.nl – tel: 013-5444545